Diagnose & behandeling

Diagnose aneurysma

Omdat symptomen bij een aneurysma in veel gevallen afwezig zijn, is een diagnose vaak lastig. Een aneurysma wordt dan ook vaak per toeval ontdekt. Als er een vermoeden op een aneurysma bestaat, kan de diagnose gesteld worden met behulp van bepaalde beeldvormende technieken. Meestal gebruikt men echografie, MRI en CT.

Echografie is een techniek waarbij gebruik wordt gemaakt van geluidsgolven. Het onderzoek is beter bekend als een echo. De geluidsgolven bij echografie hebben een hele hoge frequentie, waardoor mensen ze niet horen. De geluidsgolven worden gedeeltelijk weerkaatst door het lichaam, bijvoorbeeld op plekken waar een spier overgaat in een bloedvat. De geluidsgolven zenden een elektrisch signaal uit dat vervolgens op een computer in beeld wordt omgezet.

MRI staat voor Magnetic Resonance Imaging. Met een MRI-scan kunnen vrijwel alle lichaamsdelen, organen en bloedvaten onderzocht worden. Tijdens het onderzoek ligt de patiënt in een lange tunnel, de MRI-scanner. Het apparaat stuurt signalen naar een computer, die de verschillende weefsels in beeld omzet.

Met behulp van een CT-scan kan men afbeeldingen maken van doorsneden van het lichaam. Hiervoor wordt röntgenstraling gebruikt. Eigenlijk worden er bij een CT-scan heel veel röntgenfoto’s gemaakt vanuit verschillende hoeken. Een computer combineert deze foto’s tot een driedimensionaal beeld.

“De behandeling van een aneurysma is maatwerk. Samen met uw vaatchirurg beslist u welke behandeling voor u het beste is.”

Vaatchirurg dr. E. Willigendael – Medisch Spectrum Twente

Behandeling aneurysma

Er zijn verschillende behandelingsopties bij een aneurysma. De behandeling hangt met name af van hoe groot het aneurysma is. Hieronder worden de behandelingsopties per stap besproken. U kunt met uw zorgverlener bespreken wat in uw situatie de best passende behandeling voor u kan zijn.

Medicatie bij een aneurysma

In de meeste gevallen zal de behandeling van een aneurysma starten met medicatie. Wanneer de verwijding nog gering is, meestal onder de vijf centimeter, is de kans op scheuring van het bloedvat niet groot. Een operatie is op dat moment nog niet zinvol. De behandeling met medicijnen is erop gericht om de bloeddruk aan te passen, zodat de druk op de bloedvatwand beperkt blijft. De medicijnen remmen zo de groei van het aneurysma af. Uiteraard is er regelmatig controle om de groei van het aneurysma te volgen. Meestal groeit een aneurysma slechts enkele millimeters per jaar, waardoor behandeling met medicatie lange tijd voldoende is.

Vaatprothese bij een aneurysma

Als de verwijding van het bloedvat te groot wordt, is een operatie nodig. Er zijn twee manieren om een verwijding van de aorta te behandelen. Via een open operatie in de buik of borst of via de liezen met een stent.

De chirurg maakt een lange snee in de buik of borst, afhankelijk van de plaats van het aneurysma. Eerst worden klemmen geplaatst boven en onder het te wijde deel van het bloedvat. Daarna wordt het aneurysma geopend en vervangen door een buis of broekvormige prothese. Een open buikoperatie of borstoperatie vindt altijd plaats onder algehele narcose en duurt ongeveer drie tot vier uur. Na de operatie blijft u vaak nog een dag op de intensive care en minstens een week in het ziekenhuis. Daarna mag u naar huis. Het volledige herstel na de operatie duurt gemiddeld nog twee tot drie maanden.

Dit is een minder ingrijpende procedure (minimaal-invasief).  De chirurg brengt hierbij in het te wijde deel van de slagader een kunststof vaatprothese in. Dit noemt men ook wel een stent. De stent ziet eruit als een soort buis of broek met een metalen geraamte en daaromheen waterdichte stof.

De stent wordt over een geleidingsdraad in het bloedvat geplaatst via twee kleine sneeën in de liezen. Met behulp van röntgenapparatuur bepaalt de chirurg de locatie van de prothese. Na het plaatsen van de stent, stroomt het bloed alleen nog maar in de stent en niet meer in het te wijde deel van het bloedvat. Deze behandeling staat ook wel bekend als endovascular aneurysm repair (EVAR). De operatie is minder zwaar en u herstelt sneller dan bij een open operatie. Daardoor is verblijf op de intensive care meestal niet nodig en blijft ook de duur van de ziekenhuisopname beperkt. Toch is de behandeling niet voor iedereen geschikt. Zo mag het verzwakte vaatdeel niet te bochtig zijn en moet er genoeg plaats zijn om de vaatprothese te kunnen vastzetten. Na de operatie moet u regelmatig terugkomen voor controle van de prothese.

Meer informatie?

Wilt u ervaringen delen? Via de website van de Hart&Vaatgroep komt u in contact met lotgenoten met een aneurysma of andere hart- en vaataandoening.